Orbit vzw – Integratie kan pas starten met een dak boven je hoofd
27 mei 2018
Orbit vzw – Woning Gezocht, Buren Gevonden
Woning Gezocht, Buren Gevonden ondersteunt de zoektocht naar huisvesting voor erkende vluchtelingen. “Hét probleem voor wie aan het eind van de asielprocedure een positieve beslissing ontvangt”, zegt projectmedewerker Nils Luyten. “Wat velen ‘de asielcrisis van 2015’ noemen, is eigenlijk nooit gestopt. Woning Gezocht, Buren Gevonden is opgestart in 2016. Net op tijd: de piek in de uitstroom uit de opvangcentra viel ermee samen.”
Wat is de achtergrond van de huisvestingsproblematiek voor nieuwkomers?
“Fedasil geeft erkende vluchtelingen in transitieopvang in een LOI (Lokaal Opvang Initiatief, meestal beheerd door een OCMW) twee maanden om een eigen huis te vinden. Meestal doen ze daar vijf maanden over”, zegt Nils Luyten. “Je kan nog twee keer een maand verlenging aanvragen. Een OCMW dat erkende vluchtelingen opvangt in een LOI, kan mee naar huisvesting zoeken. Het verschilt van gemeente tot gemeente of je steun krijgt. Veel LOI’s hebben één medewerker voor meer dan 10 vluchtelingen. Vindt een erkende vluchteling een huurwoning, dan kan het OCMW een deel van het leefloon rechtstreeks aan de verhuurder storten. Maar om geen leefloon te missen, moet je wél een adres hebben – en sommige OCMW’s zetten mensen na afloop van hun termijn in een LOI letterlijk op straat. Wie geluk heeft kan terecht bij vrienden of familie, waardoor overbewoning kan ontstaan. Dat verzuurt de relatie met de huiseigenaar. Anderen belanden op straat of in de daklozenopvang.”
Ik sta telkens weer te kijken van het grote lokale engagement in Vlaanderen. Zelfs al burger alleen kun je al veel.
“We zien heel wat verhuisbewegingen. In plattelandsgemeenten is er enerzijds weinig betaalbaar aanbod voor alleenstaanden, terwijl heel wat erkende vluchtelingen hier alleen aankomen in de hoop op gezinshereniging. Zij zoeken noodgedwongen eerst hun heil in de stad. Wanneer later de rest van hun gezin met meerdere kinderen aankomt, moeten ze vaak wel uitkijken naar een plattelandsgemeente of stadsrand. Dan is de huur vaak een struikelblok: een gezin krijgt een leefloon van 1200 euro, maar een woning met vijf kamers huren en dan nog eten op tafel zetten, lukt meestal niet.”
Hoe maakt ‘Woning gezocht, Buren Gevonden’ precies het verschil?
“Eén: we sensibiliseren burgers, verhuurders en verenigingen om een kamer of woning te verhuren aan erkende vluchtelingen. Twee: we helpen hen om een lokale woonclub op te starten via vorming en begeleiding. In zo’n woonclub kunnen ‘buren’ en erkende vluchtelingen samen advertenties doornemen, bellen naar eigenaars of op huisbezoek gaan. Na de verhuis kunnen buurtbewoners een buddyrol opnemen om nieuwkomers te helpen met administratie, zoeken naar scholen, winkels … De meeste woonclubs werken samen met LOI’s en OCMW’s, die maar wat blij zijn met een lokaal burgerinitiatief.”
We activeren maatschappijkritische burgerzin door burgers en verenigingen aan te sporen om te communiceren met lokale besturen en de Vlaamse overheid.
“Na één jaar zijn er zo 250 gezinnen gehuisvest: 40 met partners VPKB, ORBIT en Uitgeverij Halewijn en 210 via de burgerverenigingen zelf. Huiseigenaars bieden soms spontaan huizen te huur aan, maar dat gebeurt eerder zelden. Zeker voor grote gezinnen wordt het steeds moeilijker. Daarom mikken we ook op het socialiseren van de privémarkt, een beetje zoals de Sociale Verhuurkantoren (SVK’s) doen. We ondersteunen lokale vzw’s die woningen huren om ze met toestemming te onderverhuren aan erkende vluchtelingen. Die constructie biedt huiseigenaars garanties. Omdat heel wat huizen niet volledig in lijn zijn met de Wooncode, voorzien deze vzw’s waar nodig een kleine opfrisbeurt. Veel oude woningen van bewoners die naar een serviceflat trekken, komen zo toch in aanmerking voor sociale verhuur.”
Waar leggen jullie de nadruk op, wat zijn de aandachtspunten?
“Lokale besturen moeten eigenaren actiever begeleiden om hun woning in orde te brengen. Huursubsidies zijn er voor jou als kwetsbare huurder enkel in een woning die conform is met de Wooncode. Blijkt bij controle op de aanvraag dat je woning niet helemaal in orde is, dan krijgt je huisbaas een waarschuwing in de bus. Dat zet hem niet aan om nog te verhuren aan kwetsbare huurders. We promoten het renoveren van leegstand zodat die verhuurbaar wordt. We mikken op grote alleenstaande huizen, die wegens slechte kwaliteit niet verhuurd of verkocht raken en waarop de eigenaar leegstandsbelasting moet betalen. We stimuleren alternatieve woonvormen zoals samenhuizen.”
Op lokaal niveau is onze impact het grootst. Burgemeesters en besturen zien in dat er woningnood is.
Sinds eind 2016 kun je bijvoorbeeld een vrije kamer in je huis beschikbaar maken om een erkende vluchteling te huisvesten. Voordien was dat stedenbouwkundig niet mogelijk, nu moet je enkel een eenvoudige melding doen bij je gemeente. We hielpen al een tiental huiseigenaars met het maken van deze melding. Deze maatregel lost tegelijk het probleem van onderbewoonde woningen op. We zetten druk op het beleid om een ambitieus woonbeleid te voeren voor alle kwetsbare medeburgers, zodat burgers de lacunes niet hoeven in te vullen. Op lokaal niveau is onze impact het grootst.Burgemeesters en besturen zien in dat er woningnood is. Steden als Gent zetten volop in op huisvesting voor zwakke doelgroepen en denken op langere termijn. In kleinere gemeenten is het vaak een ad hoc en crisismanagement wat de klok slaat. Op Federaal en Vlaams niveau – de bevoegdheden asiel- en woonbeleid – gaat het moeizamer. De transitiefase zou bijvoorbeeld verlengd kunnen worden, en discriminatie zou actiever bestreden moeten worden, maar dat zit er voorlopig niet in.”
Hoe schat je de maatschappelijke meerwaarde in van wat Orbit vzw doet met Woning Gezocht, Buren Gevonden?
“We bevorderen de integratie van erkende vluchtelingen. Die kan pas starten als je een dak boven je hoofd hebt – dan pas kom je uit de survival mode. Maar we activeren ook maatschappijkritische burgerzin door burgers en verenigingen aan te sporen om te communiceren met lokale besturen en de Vlaamse overheid. Expertise rond woonproblematiek verzamelen we ook. Wooncoderegels verschillen van gemeente tot gemeente. De nieuwe Vlaamse ruimtelijke ordeningswetgeving is nog niet doorgesijpeld in alle gemeenten: een melding maken volstaat om een erkende vluchteling in je eigen woning te huisvesten, maar niet iedereen weet dat. Vaak stuit een meldingsformulier op onwetendheid aan het loket. Versnippering en haperende communicatie zijn de grootste struikelblokken. Daar doen we allemaal aanbevelingen over. Alle gemeenten moeten dezelfde standaarden hanteren, of het wordt een race to the bottom.”
En de samenwerking met het bredere middenveld?
“Ik sta telkens weer te kijken van het grote lokale engagement in Vlaanderen. Als burger alleen kun je al veel, maar samen sta je nog sterker. Dankzij onze banden met geloofsgemeenschappen, vrijwilligersgroepen, het Netwerk Tegen Armoede, Welzijnsschakels, beweging.net, KWB en andere verenigingen vinden burgers die huisvesting willen bieden nog vlotter de weg. Wij ondersteunen hen vooral met good practices – om onszelf zo snel mogelijk overbodig te maken. Nu proberen we met de andere middenveldorganisaties de blinde vlekken in Vlaanderen in te vullen door netwerken en socioculturele verenigingen aan te spreken.”